Je auto onderhouden is cruciaal als je je ‘compagnon de route’ een lang leven wil geven – en vervelende pannes wil voorkomen. Maar wanneer moet je auto op onderhoud? Jaarlijks? Na zoveel kilometer? Of als je voor het eerst problemen opmerkt?
Wanneer je garagist je vertelt dat je je auto écht wel op onderhoud moet doen, zegt hij dat niet om zijn kassa te spijzen. Een onderhoudsbeurt is onontbeerlijk. Bepaalde onderdelen, zoals filters, verslijten nu eenmaal, en andere zaken moeten regelmatig gecontroleerd worden om te verzekeren dat je nog veilig de baan op kunt. Denk maar aan de olie, de accu en de remmen.
Hoe vaak je wagen aan een onderhoudsbeurt toe is, hangt van verschillende factoren af. Hoe ouder je auto en hoe meer kilometers je rijdt, hoe sneller een onderhoud zich opdringt. Over het algemeen kunnen we zeggen dat een jaarlijkse onderhoudsbeurt altijd een goed idee is. Anderen hanteren dan weer de kilometerstand als criterium: heb je 15.000 kilometer afgelegd sinds de laatste onderhoudsbeurt? Dan is de tijd aangebroken om een afspraak te maken bij je garage.
Dat jaarlijkse onderhoud hoeft trouwens helemaal geen pakken geld te kosten. Zeker niet als je je wagen binnen brengt voor een zogenaamd klein onderhoud. Tijdens een kleine onderhoudsbeurt wordt de olie gecontroleerd en ververst, worden de remmen en de accu gecontroleerd, en vervangt men de oliefilter. Aan de hand van een checklist wordt de auto opnieuw baanveilig gemaakt.
Als je auto vorig jaar een kleine onderhoudsbeurt kreeg, is het dit jaar tijd voor een groot onderhoud. De checklist wordt uitgebreid met een controle van de schokdempers, ophanging, banden, uitlaat, bougies, lichten, scharnieren, enzovoort. Zaken die heus niet elk jaar aan bod moeten komen, maar die je wel af en toe – om de twee jaar, bijvoorbeeld – moeten laten nakijken.